4. Zorg en begeleiding

4. Zorg en begeleiding.

Samenwerkingsverband

De scholen van Promes (po) zijn aangesloten bij De Vereniging Samenwerkingsverband Passend Onderwijs PO 2203. Dit samenwerkingsverband is een samenwerking van

20 schoolbesturen voor basisonderwijs en speciaal (basis)onderwijs in gemeenten Hoogeveen, Meppel en Steenwijk. Zij bieden onderwijs aan ongeveer 15.000 leerlingen. De vereniging ziet als haar opdracht dat zoveel mogelijk van de in onze regio woonachtige leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen. Hiertoe hebben zij in het ondersteuningsplan 2023-2026 ambities vastgelegd gericht op het versterken van inclusiever onderwijs in de regio.

In het document ondersteuningsniveaus leggen scholen vervolgens vast welke extra ondersteuning zij kunnen bieden aan leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften en hoe deze ondersteuning is georganiseerd. Dit profiel wordt minimaal eens per vier jaar door het schoolbestuur vastgesteld en ter advisering voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. Het document ondersteuningsniveaus is gerelateerd aan het schoolplan en de schoolgids en speelt een cruciale rol bij de toelating van leerlingen. Op basis van de documenten ondersteuningsniveaus van individuele scholen beoordeelt het samenwerkingsverband passend onderwijs of er in de regio een dekkend ondersteuningsaanbod is.

4.1  Zorgteam

    Twee keer per schooljaar worden alle kinderen d.m.v. niet methode-gebonden toetsen (CITO Leerling in Beeld) getest op het gebied van de leervorderingen. De resultaten van de toetsen en de voortgang van het leerproces worden, samen met andere ontwikkelingsgegevens en informatie met betrekking tot het sociaal functioneren, vastgelegd in het digitale leerlingvolgsysteem. Dit alles wordt besproken in een groepsbespreking, waarbij wordt beoordeeld of elke leerling zich ontwikkelt conform zijn/haar veronderstelde ontwikkelingsperspectief.

    De centrale vraag bij deze besprekingen is of de leerling zich al dan niet ontwikkelt volgens het verwachtingspatroon. Afhankelijk van het antwoord op deze vraag, kan besloten worden om aanvullend onderzoek te doen, dan wel extra hulp te organiseren.

    Deze hulp kan intern zijn en wordt dan in een werkplan vastgelegd.

    De hulp kan ook extern gezocht worden bij bepaalde deskundige instanties. De bevindingen uit het overleg worden besproken met de ouders tijdens een huisbezoek, contactmoment, of op een speciaal daarvoor afgesproken moment.


    4.2  Commissie van begeleiding (CVB)

      De Commissie van Begeleiding (CvB) is belast met de coördinatie van de leerlingenzorg. In deze commissie zijn de volgende disciplines vertegenwoordigd:

      • Directeur

      De directeur is eindverantwoordelijk voor het gehele schoolgebeuren. Bij zijn afwezigheid is dit de adjunct-directeur.

      • orthopedagoge

      De orthopedagoog houdt zich als lid van de CvB bezig met vragen rond de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen. Hiertoe kan individueel psychologisch onderzoek worden gedaan, worden observaties verricht en gesprekken met ouders en/of leerkracht gevoerd.

      De orthopedagoog is tevens beschikbaar voor consultatie voor zowel leerkracht als ouders. Daarnaast levert zij een bijdrage aan het eindonderzoek om tot een advies t.a.v. het vervolgonderwijs te komen. De orthopedagoog wordt in haar werkzaamheden ondersteund door een psychologisch assistent.

      • Schoolmaatschappelijk werker

      De maatschappelijk werkende maakt deel uit van de Commissie van Begeleiding van de school. Zij richt zich voornamelijk op die problemen, waarbij thuisaspecten een rol spelen zoals:

      Relatie:

      leerling - ouders

      ouders - school

      leerling - school

      De maatschappelijk werkende kan zowel door de ouders als door één van de teamleden worden geconsulteerd. De ouders van nieuwe leerlingen uit de groepen 1/2/3, en 3 worden bezocht.

      • Kwaliteitscoördinator (KC)

      De CvB bekijkt de dossiergegevens, zodra een leerling op de Reestoeverschool komt en maakt afspraken over de handelingsaanpak m.b.t. dit specifieke kind.

      Dit houdt in:

      • Elk kind wordt gescreend door de logopediste en de Motorisch Remedial Teacher (MRT) en onderzocht door de jeugdarts.
      • Voor elk kind wordt door de KC een handelingsadvies opgesteld voor de eerste periode.
      • Er wordt door de orthopedagoge samen met de KC een ontwikkelingsperspectief profiel opgesteld.
      • De ouders van leerlingen uit groep 1 t/m 3 krijgen een huisbezoek van de schoolmaatschappelijk werkende. In alle andere gevallen gebeurt dit, als de school het nodig acht.

      Zodra een kind een hulpvraag heeft, die de leerkracht niet kan beantwoorden, kan de leerkracht de CvB inschakelen. Het kan een hulpvraag zijn van verschillende aard: gedragsmatig, op leergebied, in de thuissituatie, medisch enz. De CvB bespreekt het probleem en zet er indien noodzakelijk actie op. De afspraken en de te ondernemen acties worden genotuleerd en in het dossier van de betreffende leerling vastgelegd.

      4.3  Leerlingbespreking

        Viermaal per jaar vindt er een (groeps)bespreking plaats. Hierin bespreken de leerkracht van de groep en de kwaliteitscoördinator van de school alle leerlingen van de groep. Ook schuift af en toe de orthopedagoge aan.

        Afhankelijk van hun betrokkenheid worden hier aan toegevoegd de logopedist, de vakleerkracht gymnastiek en eventuele andere externen.

        Er wordt altijd gekeken naar de opbrengsten van het onderwijs, zitten ze nog op de door ons uitgezette leerlijn, zijn er interventies nodig om het ontwikkelingsproces te blijven stimuleren. Ieder halfjaar zijn er de evaluaties van de OPP’s, deze evaluaties worden met de ouders besproken op het oudercontactmoment in januari en juni.

        4.4  Oudercontactmomenten

          U bent ervaringsdeskundige. U kent uw kind het best en het langst, u ziet het in uiteenlopende situaties in het gezin en daarbuiten, zoals thuis, achter de computer, voor de tv, bij familie, met andere kinderen buiten, op de sportclub, etc. U kunt ook het gedrag van uw kind op school in positieve zin beïnvloeden door de school van belangrijke informatie te voorzien en door waardevolle tips voor de aanpak van uw kind te geven. De leerkracht zal u daar zeker naar vragen. Andersom zal ook de leerkracht tips geven hoe u uw kind bepaalde dingen thuis het beste kunt leren. Door samen te werken en voor een eenduidige aanpak te kiezen thuis en op school, heeft uw kind duidelijkheid en structuur, een belangrijke basis voor het welbevinden en de leerprestaties.

          Een goed contact tussen ouders en school is belangrijk. Ouders moeten op de hoogte zijn van de gang van zaken op school en regelmatig geïnformeerd worden. Er zijn op onze school diverse informatiebronnen voor ouders:

          • Algemene ouderavond/Kennismakingsavond
            De algemene ouderavond vindt jaarlijks plaats. Meestal staat er die avond een bepaald thema of project centraal. De Oudervereniging brengt verslag uit van verrichte werkzaamheden en er wordt verantwoording afgelegd over de uitgaven (vrijwillige ouderbijdrage). Deze zakelijke ouderavond is gekoppeld aan de kennismakingsavond. Dat wil zeggen, ze worden op één avond gehouden. Eerst de ouderavond centraal, gevolgd door de kennismakingsavond in de groepen. Er is dan gelegenheid om kennis te maken met de nieuwe leerkracht(en). Er wordt dan ook verteld over het onderwijsprogramma van de betreffende groep voor het komende schooljaar.
          • Oudercontactmomenten (OCM)
            Deze zijn bedoeld om met de leerkracht het functioneren en de vorderingen van de leerlingen te bespreken. Het werk van uw kind kan bekeken worden en het schoolrapport komt in februari en juni ook aan de orde. Het is dan ook mogelijk andere bij het kind betrokken teamleden te spreken, zoals gymleerkracht, logopedist, remedial teacher, schoolmaatschappelijk werkende, orthopedagoog, KC of de directie. De planning voor het OCM met de groepsleerkracht(en) wordt gedaan middels een uitnodiging via ‘Social Schools’. De tijden van het OCM zijn verspreid over een schoolweek (minimaal 1 avond en een aantal middagen).
          • Huisbezoek
            De groepsleerkrachten gaan op huisbezoek bij alle nieuwe leerlingen. Daarnaast gaan ze bij hun overige leerlingen op huisbezoek, als de omstandigheden erom vragen.
          • Rapporten
            De rapporten verschijnen tweemaal per jaar in februari en juni. Het rapport geeft informatie over het functioneren en de vorderingen van de leerlingen op school.
          • Telefoon
            Mochten ouders/verzorgers daar behoefte aan hebben dan is het ook altijd mogelijk om na schooltijd telefonisch contact te hebben met de leerkracht van de kinderen. U kunt daarvoor tussen 08.30 en 12.00 uur contact opnemen met de administratie van de school (0522-251575), met het verzoek dat de leerkracht u terugbelt.
          • De oudertevredenheidspeiling
            Door middel van een vragenlijst wordt er tweejaarlijks gevraagd wat de ouders van de school vinden.

          4.5 Parnassys

            Op onze school wordt aan kwaliteitsbewaking en -bevordering op verschillende manieren vormgegeven:

            a. werken met het leerlingvolgsysteem (Cito en ParnasSys)

            b. werken met een kwaliteitsinstrument: ‘WMK’

            c. de aanbevelingen, die de inspectie naar aanleiding van een schoolbezoek aangeeft, meenemen in het beleid van de school

            d. werken met een multidisciplinair team om de vraagstelling van kinderen binnen de school te kunnen beantwoorden.

            e. opstellen van een schooljaarplan en jaarlijks evalueren of de doelen bereikt zijn

            f. opstellen beleidsplan (schoolplan) voor 4 jaar met een jaarlijkse evaluatie, of de doelen wel bereikt zijn

            g. werken met werkgroepen - iedere werkgroep volgt de ontwikkelingen op zijn vakgebied en beoordeelt in hoeverre deze passend en bruikbaar zijn binnen onze doelen

            h. gebruik maken van onderwijskundige ondersteuning door externen

            Het volgen van de ontwikkeling van een leerling

            Gedurende de gehele loopbaan van de leerling op onze school wordt zijn

            ontwikkeling nauwkeurig gevolgd en systematisch vastgelegd in ons digitale leerlingvolgsysteem (ParnasSys), waarvan de KC met het beheer en het toezicht is belast. U kunt hierbij onder meer denken aan:

            • resultaten van:
            • onderzoeken op: psychologisch, medisch, didactisch (CITO toetsen voor speciale leerlingen), logopedisch terrein
            • toetsen bij de diverse vakken/methodes

            Wij gaan binnen de door de wet gestelde eisen met alle leerling-gegevens om. Zonder schriftelijke toestemming wordt door ons geen leerling-informatie aan derden verstrekt. Alle privacygevoelige gegevens van de leerling worden in een dossier in een afgesloten archiefkast bewaard.

            4.6 DVI

              Het bestuur van stichting Promes, waarvan ook onze school deel uitmaakt, heeft zich aangesloten bij het DVI (Drentse Verwijs Index). Als er meerdere hulpverleners van verschillende instanties met één kind bezig zijn worden de hulpverleners daarvan op de hoogte gesteld. Dan kan de hulpverlening goed op elkaar afgestemd worden.

              Het signaleringssysteem werkt als volgt

              De deelnemende organisaties bepalen zelf wanneer ze een jongere aanmelden bij de DVI. Wanneer het bij één melding blijft, blijft de hulpverlenende instantie gewoon zijn werk doen. Wanneer er twee meldingen van verschillende instanties binnenkomen, ontstaat er een 'match'. De hulpverlenende instanties krijgen een signaal dat ook een andere organisatie hulp biedt. De hulpverleners worden met elkaar in contact gebracht. De beheerders van het systeem weten niet wat er met het kind aan de hand is, alleen dát er iets aan de hand is. De beheerders weten wel wie de hulpverleners zijn. Het signaleringssysteem heeft een privacyreglement, zoals door de Wet Bescherming Persoonsgegevens wordt voorgeschreven. Deelnemers aan dit systeem zijn partners op het gebied van Werk en Inkomen, Welzijn, Zorg, Politie/Justitie, Jeugdzorg en Onderwijs.

              4.7 Dyslexieprotocol

                We gebruiken het Protocol 'Leesproblemen en Dyslexie' voor SBO dat is opgesteld voor het vroegtijdig signaleren en het inzetten van gerichte acties. Dit protocol is een handreiking, waarin o.a. suggesties en achtergrondinformatie beschreven staan.

                Vanaf groep 1 t/m 4 worden de toetsen, behorende bij het dyslexieprotocol, bij alle leerlingen afgenomen. In Edumaps worden deze als ondersteuningsbehoeften weergegeven.

                Vanaf groep 5 worden vooral de kinderen gevolgd, waar een vermoeden van dyslexie bestaat. In de onderbouw ligt de nadruk op het vroegtijdig signaleren en aanpakken van lees- en spellingproblemen. In de bovenbouw gaat het om het voortzetten van de aanpak en het blijven volgen van deze leerlingen. Bij een vermoeden van dyslexie worden ouders door de leerkracht geïnformeerd en zullen in overleg met de orthopedagoge en de KC’er de noodzakelijke stappen worden doorgesproken.

                Bij vragen kunt u contact opnemen met de kwaliteitscoördinator. 

                4.8 Speciale Leerlingbegeleiding

                  4.8.1. Kwalitietscoördinator

                    Binnen de Reestoeverschool speelt de kwaliteitscoördinator een centrale rol in het bewaken en verbeteren van de onderwijskwaliteit. Deze coördinator ondersteunt het team bij het uitvoeren van het onderwijsbeleid, analyseert leerresultaten en begeleidt schoolontwikkelingen. Ook zorgt de kwaliteitscoördinator voor samenhang in het aanbod en houdt zicht op de voortgang van verbetertrajecten. Op deze manier werken we voortdurend aan goed, passend en doelgericht onderwijs voor al onze leerlingen.

                    4.8.2. Logopedie

                      Logopedie is alles wat te maken heeft met de (mondelinge) communicatie. Een logopedist houdt zich bezig met alles wat met spreken en begrijpen te maken heeft. Logopedie is meer dan spraakles alleen. Alle nieuwe kinderen komen in aanmerking voor een logopedisch onderzoek (screening). De logopedist bekijkt op een speelse manier of het kind goed kan spreken en begrijpen en of alles wat daar weer voor nodig is, goed is. Na het onderzoek van de logopedist en de motorisch remedial teacher met de fysiotherapeut, bepaalt elk van hen, in overleg met de KC, leerkracht en de ouders, of specialistische hulp gewenst is. Dit kan variëren van een enkel advies tot een intensieve behandeling, individueel of in een groepje.

                      4.8.3. Kinderfysio / MRT

                        De vakleerkracht bewegingsonderwijs is tevens belast met de motorisch remedial teaching (MRT). Alle nieuwe leerlingen worden door een fysiotherapeut en de vakleerkracht samen bekeken. Constateren zij iets opvallends, dan wordt er een handelingsplan opgesteld en besproken met de ouders.

                        De vakleerkracht kan n.a.v. de behandelingen tijdens zijn eigen gymnastieklessen gebruik maken van de oefenstof die voor het kind noodzakelijk is. Om de vooruitgang van de behandeling fysiotherapie goed te kunnen volgen, wordt er soms gebruik gemaakt van video-opnamen. De opnamen zijn voor eigen gebruik, maar kunnen ook door de betreffende ouders bekeken worden. Daarnaast zijn zij altijd welkom om een behandeling bij te wonen.

                        De fysiotherapeut zit niet in de formatie van de school. Dit betekent dat, als een kind naast Kinderfysio / MRT voor externe behandeling in aanmerking komt, er afspraken met ouders en zorgverzekeraars gemaakt dienen te worden. Deze worden schriftelijk bevestigd en dienen door beide partijen ondertekend te worden.

                        4.8.4. GGD Schoolarts

                          De GGD Jeugdgezondheidzorg, onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin, biedt op school onderzoeken en controleonderzoeken aan. De schoolarts maakt geen deel uit van het schoolteam, maar is wel lid van de CvB. Alle nieuwe leerlingen worden, samen met hun ouders, uitgenodigd voor een onderzoek door het team van jeugdarts en assistente. Vervolgens vindt er elke twee à drie jaar een vervolgonderzoek plaats. Deze onderzoeken vinden op school plaats. Voor het onderzoek ontvangen de ouders een informatiebrief en een vragenlijst. Hierin wordt toestemming gevraagd om de gegevens uit het onderzoek die van belang zijn voor het goed functioneren van de leerling op school, met de leerkracht door te mogen spreken. De sociaal medische ontwikkeling van de leerlingen wordt in kaart gebracht om de ouders en school zo goed mogelijk te kunnen adviseren. Tijdens dit onderzoek wordt de leerling onder andere gewogen en gemeten, wordt het gehoor en het gezichtsvermogen onderzocht, houding en zo nodig motoriek etc. Het is mogelijk dat er altijd in overleg met ouders en kind een controleonderzoek wordt afgesproken van bijvoorbeeld lengte, gewicht, ogen of oren. Met de ouders wordt overlegd of het wenselijk is dat zij hierbij aanwezig zijn. Een afspraak maken voor het spreekuur kan via onderstaand telefoonnummer of emailadres. Vermeld in de e-mail altijd de naam, de geboortedatum en de school van de leerling. Een afspraak afzeggen kan op dezelfde wijze. Dit kan niet via de administratie van de school.

                          Telefoon : 0592 30 63 17 (ma-vr 8.00 - 13.00 uur)

                          E-mail : jgz@ggddrenthe.nl

                          4.9 Hulpverlening buiten school

                            Er zijn ook leerlingen die hulp krijgen van specialisten buiten de school. Vanzelfsprekend is het belangrijk dat er goed overleg en een goede afstemming is met wat op school met het kind gedaan wordt. De KC is in dit geheel het aanspreekpunt en de coördinator. Bij externe hulpverlening gaan wij ervan uit, dat deze begeleiding zoveel mogelijk buiten de reguliere schooltijden geschiedt. In het andere geval volgen wij onderstaande procedure.

                            Verlofaanvragen t.b.v. extra leerhulp binnen schooltijd:

                            Procedure:

                            1. Ouders doen een (mondeling) verzoek voor externe hulpverlening
                              binnen schooltijd aan school.
                            1. Er volgt een gesprek tussen ouders, KC en directie
                            1. Ouders leveren een schriftelijk verzoek aan de directie met stukken:
                              - rapportage externe hulpverlener
                              - rapportage KC Reestoeverschool
                              - onderbouwing door ouder/verzorger
                            1. De school maakt een afweging van alle belangen) en legt dit eventueel voor aan de leerplichtambtenaar, voordat er een beslissing wordt genomen
                            1. De beslissing wordt door de directeur schriftelijk meegedeeld (ouders hebben het recht om bezwaar aan te tekenen tegen het besluit).

                            Uitgangspunten besluitvorming (directeur/leerplichtambtenaar):

                            • Hulp moet gericht zijn op het weer in gang zetten en/of het inhalen van een gestagneerde motorische-, cognitieve- of sociaal emotionele ontwikkeling.
                            • De school kan deze inspanning niet organiseren binnen het lesprogramma, of aanbod SLB.
                            • De aanvraag moet worden ondersteund door een deskundige (arts, tandarts, fysiotherapeut, logopedist, orthopedagoog of hulpverlenende instantie bijv. GGZ, Accare).
                            • Er wordt een handelingsplan opgesteld (ouders, school en begeleidende instantie).
                            • Ouders wordt geadviseerd deze behandeling zoveel mogelijk buiten schooluren te organiseren.

                            Wanneer ouders zonder toestemming van de directeur hun kind van school halen voor extra leerhulp, wordt dit gemeld bij de leerplichtambtenaar (ongeoorloofd verzuim).

                            Ouder- en jeugdsteunpunt Hoogeveen – Meppel – Steenwijk

                            Heeft u vragen over passend onderwijs, wilt u advies of praten met iemand die met u meedenkt? Dan kunt u terecht bij de school van uw kind of bij het ouder- en jeugdsteunpunt. Het ouder- en jeugdsteunpunt is gericht op de gemeenten Hoogeveen, De Wolden, Meppel, Westerveld, Steenwijkerland en de postcodegebieden 7951/7955 (Staphorst) en 8064 (Zwartewaterland).

                            Op de website www.ouder-jeugdsteunpunt.nl vindt u informatie over passend onderwijs die toegankelijk, leesbaar en begrijpelijk is. Bijvoorbeeld veelgestelde vragen en antwoorden en een video. Komt u er niet uit of wilt u een vraag stellen? Dan kunt u contact opnemen met het ouder- en jeugdsteunpunt. Dat kan via e-mail, een contactformulier of telefonisch.