Uitstroom

Voortgezet onderwijs 

Eind groep 8 maken de leerlingen een keuze voor een school voor voortgezet onderwijs. Onze school begeleidt ouders en leerlingen hierbij zoveel mogelijk. Tijdens de laatste contactavond in groep 7 brengt de leerkracht een voorlopig advies uit. Dit advies vindt nogmaals plaats tijdens de eerste rapportbespreking in groep 8. Dit is in het najaar. Het definitieve en goed onderbouwde advies voor het voortgezet onderwijs wordt gebaseerd op de resultaten van het leerlingvolgsysteem en de Route 8 doorstroomtoets. De Iekmulder verzorgt samen met de scholen voor voortgezet onderwijs informatie over de mogelijkheden na de basisschool. De meeste VO-scholen houden in januari informatieavonden en open dagen. De Iekmulder verzorgt informatiemateriaal aan de leerlingen van groep 8 over het VO.

Wij raden ouders aan al in groep 7 te starten met het bezoeken van VO-scholen. Op deze manier krijgen ouders en kinderen een goede indruk van de verschillende scholen.

De Iekmulder heeft contact met de scholen voor voortgezet onderwijs over de schoolkeuze. Het jaar daarna is er een nabespreking van de klassenmentor van het voortgezet onderwijs met onze basisschool over de keuze die is gemaakt. We vinden de warme contacten met de collega’s van het VO erg belangrijk.

Uitstroomgegevens

TitelTitelTitelTitel
Uitstroom naar VO2022202320242025
Voortgezet so0010
Praktijk onderwijs0000
VMBO BB01

0

0
VMBO K022  (KT)2
VMBO T11

2

3
VMBO T/HAVO00

1

3
HAVO02

2

2
HAVO/VWO0011
VWO3032

Resultaten van ons onderwijs 

Of we goed onderwijs bieden kan op verschillende manieren bekeken worden. Onze school hecht, naast het opdoen van kennis, veel waarde aan het leren leren, samenwerken, ontwikkelen van zelfvertrouwen en eigenaarschap van de kinderen van het eigen leerproces. Daarom hebben we gekozen voor een rapport in de vorm van een portfolio. In het portfolio willen we de ontwikkeling van het kind zichtbaar maken. De ‘bewijsstukken’ in het portfolio en de resultaten van methodetoetsen en Citotoetsen vormen tezamen de aanleiding om met de kinderen in gesprek te gaan over zijn/haar ontwikkeling.

Dit gesprek, het Driehoeks gesprek (leerkracht, kind, ouders) en het portfolio vormen onze manier van kijken naar de resultaten die behaald zijn.

Objectieve metingen van de resultaten vinden plaats door te kijken naar de resultaten van gestandaardiseerde toetsen die we tweemaal per jaar afnemen bij de groepen 3 t/m 8 in januari/februari en in mei/ juni. Dit heet het Cito- LIB (Cito Leerling In Beeld). Deze toetsen zijn landelijk genormeerd.

Voor groep 1/2 gebruiken we Cito Kleuter in Beeld. Dat is een observatie-instrument waarmee we de brede ontwikkeling van de kinderen in beeld brengen.

Voor het advies Voortgezet Onderwijs (VO) maken we gebruik van de Friese Plaatsingswijzer en de bevindingen van de leerkrachten. Op basis van de resultaten in groep 6, 7 een 8 en met oog voor de talenten van een kind, wordt een VO-advies gegeven. De eerste oriëntatie op het VO komt aan de orde in groep 7. De leerkracht bespreekt met leerling en ouders/verzorgers hoe de schoolresultaten van de leerling zijn. De stem van de leerling wordt ook gehoord. De leerkracht deelt zijn mening over onder andere talenten, taakgerichtheid, planning, zelfstandigheid, doorzettingsvermogen en creativiteit van de leerling. Wij geven kansrijke adviezen aan onze leerlingen.

Op De Iekmulder wordt de doorstroomtoets Route 8 afgenomen. Het advies voor het voortgezet onderwijs wordt gebaseerd op de resultaten van het leerlingvolgsysteem. De resultaten van de Route 8 bevestigen meestal het beeld dat de leerkracht van het kind heeft en de objectieve metingen die gedaan zijn met leerlingvolgsysteem. Wanneer de doorstroomtoets echter hoger uitvalt, wordt het advies naar boven bijgesteld, tenzij er grondige redenen zijn om niet te doen. Voor het afgelopen schooljaar betekende dit dat twee leerlingen een tl-advies kregen, maar uit Route 8 kregen zij een tl/havo-advies. In overleg met ouders hebben we het advies heroverwogen en gekozen voor kansrijk advies: plaatsing tl/havo.
Acht leerlingen hebben een lager advies gekregen van Route 8 dan het schooladvies was. Gezien de resultaten van de afgelopen jaren, de adviezen op basis van de plaatsingswijzer en de werkhouding, motivatie en het welbevinden van de leerlingen vinden wij het gepast om de schooladviezen aan te houden. Kansrijk adviseren betekent ook dat een advies nooit naar beneden bijgesteld wordt.

Hieronder vindt u de opbrengsten van de afgelopen drie jaar. 
De Iekmulder valt onder het basisarrangement van de inspectie. Dat betekent dat de kwaliteit van het onderwijs op onze school van voldoende kwaliteit is. Op 25 september 2020 heeft de inspectie een themaonderzoek gehouden. De Iekmulder is positief uit dit themaonderzoek naar voren gekomen. Binnen Promes vinden er interne audits plaats om de onderwijskwaliteit in kaart te brengen en waar nodig aan te passen.

Route 8LeerlingenSchoolwegingToets scoreTitel
2021-2022429,8233,8Route 8
2022-2023629,8193Route 8
2023-20241129,6225Route 8
2024-20251329,4204,7Route 8

Referentieniveaus

De Inspectie van het Onderwijs controleert of het onderwijs op scholen van voldoende niveau is. De eindresultaten van leerlingen spelen een belangrijke rol bij deze controle. Sinds augustus 2020 gebruikt de Inspectie referentieniveaus om te bepalen of een school voldoende of onvoldoende presteert.

De doorstroomtoets/eindtoets meet voor de onderdelen Nederlandse taal en rekenen:

  • Hoeveel procent van de leerlingen met de eindtoets het basisniveau heeft gehaald (ook wel het fundamentele niveau genoemd).
  • Hoeveel procent van de leerlingen met de eindtoets het streefniveau heeft gehaald. Dit is een hoger niveau dat de leerlingen kunnen behalen.

Het fundamentele niveau (basisniveau) en het streefniveau (hogere niveau) worden ook wel de referentieniveaus genoemd. Ze zeggen dus welk niveau de leerlingen op de school hebben gehaald op de gebieden taal en rekenen. Om te kijken of een school voldoende of onvoldoende heeft gescoord, worden ze vergeleken met signaleringswaarden van de Inspectie van Onderwijs.

Wij hebben bij ons op school te maken met combinatiegroepen en daarbinnen ook vaak kleine groepen. De ene groep vergelijken met een andere kleine groep is vaak heel lastig en geeft niet een compleet, reëel beeld van de voortgang en ontwikkeling van onze leerlingen. Het deelpercentage van één leerling is aanzienlijk. Dit is duidelijk te zien in de percentages tussen de verschillende schooljaren. Bij het gemiddelde van de laatste drie jaren zie je meer congruentie.

Deze groep 8 bestaat uit 13 leerlingen die allemaal deelgenomen hebben aan de Route 8 toets. In het 3-jaars gemiddelde zien we dat de resultaten boven de signaleringswaarden uitkomen.

Wat opvalt is de ontwikkeling rondom leesvaardigheid. 84,6% heeft 2F behaald, wat ruimschoots boven het landelijk gemiddelde ligt (79,6%). Taalverzorging 53,8% heeft 1F behaald en 46,2% heeft 2F behaald. Landelijk gemiddelde is hier 58,6% op 2F, dit hebben we niet behaald. Ook bij rekenen is het landelijk gemiddelde 47,1% 1S niet behaald, namelijk 38,5%.

Verklaring en conclusie

Deze groep is altijd gezien als een sterke groep. De groepsgemiddelden in de citoresultaten waren altijd boven gemiddeld goed. De resultaten van de Route 8 toets zijn niet conform de verwachtingen. Met name op rekenen en taalverzorging scoorde de groep de afgelopen jaren beduidend hoger. Een verklaring voor deels tegenvallende resultaten is een stukje nonchalance in de werkhouding omtrent het toetsmoment van Route 8. We zien in de resultaten dat de leerlingen die vergelijkbaar of hoger scoren dan het schooladvies vaak meisjes zijn. We zien dat de leerlingen die lager scoren dan het schooladvies vaak jongens zijn. Hebben deze jongens die als plusleerling gezien zijn een stuk motivatie en werkhouding achterwege gelaten? We hebben naar de leerlingen gecommuniceerd dat het toetsadvies dat er al was afgegeven niet naar beneden zal worden bijgesteld. We hebben hiermee druk weg willen nemen, maar gezien de resultaten vermoeden we dat de leerlingen juist nonchalant met de toets zijn omgegaan. (Landelijk scoorde de dorstroomtoets van Route 8 lager dan andere aanbieders, we hebben als stichting toch besloten ook volgend jaar deze toets te blijven maken om wel resultaten met elkaar te kunnen vergelijken.)

Leesvaardigheid heeft de afgelopen twee schooljaren veel aandacht gekregen: methode Atlantis is ingezet en aangevuld met rijke teksten. Dit is te zien in het resultaat van de Route 8 toets. Wij blijven deze werkwijze vasthouden en uitbreiden omdat de resulaten heel goed zijn.

Het afgelopen schooljaar zijn we gestart met het compacten van de rekenstof bij leerlingen die op de citotoets B8 een I scoorden. Deze leerlingen hebben verrijkingsstof (Rekentijgers, wiskunde en RekenXL) aangeboden gekregen. We zien in de resultaten dat juist deze leerlingen minder presteren dan we hadden verwacht. Plusleerlingen die op basis van de plaatsingswijzer een vwo-advies kregen, kregen uit de Route 8 toets een havo/vwo-advies. De vraag die we onszelf nu stellen is “hebben we met het compacten van de basisstof te veel inoefening en herhaling weggenomen?”.

Interventies
We zullen voor rekenen het compacten minder rigoureus toepassen. We blijven wel compacten, maar gaan de inoefening versterken. Om al vroeg in het schooljaar informatie in te winnen op zowel individueel als groepsniveau zullen we de B8-toets vroeg in het schooljaar plannen (oktober). Naar aanleiding van de B8 toets zullen we analyseren waar de leerlingen individueel nog aan kunnen werken en daar doelen aan koppelen. Dit wordt verwerkt in het ondersteuningsplan en komt terug in de weekplanning.

Om de plusleerlingen gemotiveerd te houden blijven we wel pluswerk aanbieden. We merken dat de leerlingen hier met veel plezier aan werken, wat de motivatie bevordert.

Wat zijn signaleringswaarden?

Hoeveel procent de school minimaal moet halen op beide niveaus ligt vooraf vast. Deze percentages worden namelijk door de Inspectie van het Onderwijs bepaald. Als de school minder goed scoort dan deze vastgestelde minimale waarde, kan dat een signaal zijn dat er misschien iets niet goed gaat op de school. Daarom worden deze minimale waarden signaleringswaarden genoemd. Waar het percentage leerlingen op de school voor zowel het fundamentele niveau als het streefniveau op of boven de signaleringswaarden liggen, zijn de resultaten in dat schooljaar voldoende.

Voor meer informatie over de behaalde referentieniveaus van de Iekmulder, kijk op Scholen-op-de-kaart.

Onze ambities

Binnen Promes streven we resultaten na die passend zijn bij de schoolweging. De schoolweging wordt door de overheid (centraal bureau statistiek) bepaald geeft aan welke minimale resultaten de school volgens de onderwijsinspectie moet behalen op het 1F- en 1S/2F-niveau. De scholen van Promes richt zich niet op deze minimumeisen, maar focust op hogere ambities. In plaats van uit te gaan van wat minimaal nodig is, wordt het landelijk gemiddelde van scholen met een vergelijkbare weging als uitgangspunt genomen. Dit stelt scholen in staat om uitdagende doelen te formuleren die leerkrachten motiveren en stimuleren om het beste uit de leerlingen te halen.

Deze ambitieuze doelstellingen worden niet alleen op schoolniveau gesteld. Van scholen wordt verwacht dat ze de ambities doorvertalen naar concrete doelen per jaargroep. Vanaf groep 3 houden scholen nauwlettend in de gaten of leerlingen zich ontwikkelen in de richting van het 1S/2F-niveau. Scholen hebben hoge verwachtingen van alle leerlingen en zetten zich maximaal in om hen hierin te begeleiden.

De onderwijsinspectie beoordeelt de schoolresultaten op basis van de gemiddelde eindresultaten van de afgelopen drie jaar. Deze resultaten zijn te vinden op de website scholen op de kaart [https://scholenopdekaart.nl/ba...]

Voor rekenen en lezen hebben wij de volgende ambities gesteld;
Onze ambitie is dat alle leerlingen eind groep 8 geletterd en gecijferd van school gaan. Dat betekent dat wij een 100% score ambiëren op fundamenteel niveau.
Voor rekenen hebben wij onze ambitie voor het streefniveau (1S) gesteld op 65%, conform de landelijke resultaten van vergelijkbare scholen.
Voor lezen hebben wij onze ambitie voor het streefniveau (2F) gesteld op minimaal 75%, wat hoger dan de landelijke resultaten van vergelijkbare scholen.
Bij de start van het nieuwe schooljaar worden de ambities opnieuw bepaald voor dat schooljaar.

Wat vinden anderen van onze kwaliteit?

We vinden het belangrijk om ook anderen te bevragen over de kwaliteit van ons onderwijs. Daarom nemen we verschillende tevredenheidsonderzoeken af om zo in beeld te brengen hoe bijvoorbeeld ouders en leerlingen van de Iekmulder over ons denken. Het helpt ons om vast te houden wat we goed doen en wat gewaardeerd wordt. 
Intern houden we binnen Promes Audits waarmee we blijven werken aan de kwaliteit van ons onderwijs. Tegelijkertijd krijgen we zo inzicht in waar we op kunnen verbeteren. Meer informatie over onze tevredenheid vindt u op onze scholen op de kaart. 

Professionele cultuur

In het kader van een professionele cultuur ontwikkelen de collega's zich zowel op individueel als op teamniveau. De ontwikkelitems op school- en groepsniveau worden middels gezamenlijke scholingen opgepakt. We hebben de deuren van onze lokalen veel open en kijken via collegiale consultatie als collega's met elkaar mee. Via PLG's (professionele leergemeenschappen) voor taal en rekenen blijven collega's op de hoogte van de laatste (wetenschappelijk bewezen) ontwikkelingen binnen het onderwijs, samen met collega's van Promes. Vier keer per jaren voeren de directeur onderwijs Promes en de directeur en kwaliteitscoördinator van de school een monitor gesprek waarin de kwaliteit van het onderwijs centraal staat. Ook zo bevorderen we leren van en met elkaar!