Ontwikkeling en resultaten

Resultaten

Gedurende het hele schooljaar verzamelen groepsleerkrachten data. De meeste data zijn gebaseerd op 'methodiekgebonden' testen, observaties (al dan niet gericht), gesprekken met ouders en kinderen. Daarnaast zijn er twee momenten in het jaar (januari-februari & mei-juni):

  • waarop we de Leerling-in-Beeld toetsen van CITO afnemen, waarmee we de cognitieve ontwikkeling van kinderen (vanaf groep 3) volgen;
  • waarop we BOSOS-observatielijsten afnemen, waarmee we de ontwikkeling van kleuters volgen;
  • waarop we KIVA-vragenlijsten afnemen, waarmee we de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen volgen.

Met deze data houden we twee keer per jaar grote schoolbesprekingen. Ter voorbereiding op de schoolbespreking houdt IB met de groepsleerkrachten groepsbesprekingen. In de groepsbesprekingen en in de schoolbesprekingen formuleren we schooldoelen en bouw- en/of groepsdoelen. Deze zetten we om in gerichte interventies die we monitoren op ons verbeterbord. De doelen en de daarbij behorende interventies zijn in principe gericht op de periode tot de volgende Leerling-in-beeld-BOSOS-WMK Veiligheid-ronde. Halverwege zo'n periode worden de doelen en de interventies desgewenst bijgesteld. Ook kunnen dan andere accenten gelegd worden.

Daarnaast zijn er voor sommige kinderen individuele plannen of groepjesplannen gemaakt. Die worden op dezelfde wijze en in dezelfde periode opgesteld, bijgesteld en geëvalueerd.

De uitwerking van de bovenstaande doelen wordt vastgelegd in het werkplan dat twee keer per jaar wordt opgesteld en geëvalueerd. Het werkplan wordt tussentijds ook nog geëvalueerd en desgewenst bijgesteld.

Tenslotte sluiten groepsleerkrachten dagelijks aan bij de onderwijsbehoeften van het kind door het kritisch te volgen tijdens de instructies en de zelfstandig werkmomenten. De stapstenen van controle van begrip (EDI) zijn hierin leidend.

Resultaten doorstroomtoets

In de afgelopen jaren stromen alle kinderen uit conform ons eigen volgsysteem als de landelijke eindtoets. Hiermee concluderen wij dat we de kinderen goed in beeld hebben, reële verwachtingen hebben van de kinderen en een goed advies geven.

Uitgebreide informatie over onze resultaten en tevredenheid vindt u op onze scholen-op-de-kaart. 

Schooladvies en voortgezet onderwijs

Vanaf het begin dat kinderen onze school bezoeken volgen wij hun ontwikkeling op cognitief en sociaal-emotioneel gebied. Vanaf groep 6 koppelen we deze ontwikkeling aan de referentieniveaus 1F en 2F/1S. Naar aanleiding hiervan stemmen we in de groepsbesprekingen, in oudergesprekken en in kindgesprekken af welke verwachtingen er zijn ten aanzien van het uitstroomniveau. We streven ernaar dat al onze kinderen tenminste uitstromen boven 1F. Verder streven we naar een percentage 2F/1S dat ruim boven de signaleringswaarde ligt.

  • Eind groep 7 geven we een potloodschooladvies. Daarbij schetsen we op basis van het beeld dat de school heeft van het kind het uitstroomniveau. Behalve harde en zachte data worden ook de wensen en verwachtingen van ouders en kinderen meegenomen. Zo komen we tot een voorlopig advies. Daarbij geven we aan welk niveau tenminste haalbaar is en welk niveau met extra inzet binnen bereik ligt. Het voorlopig schooladvies is daarmee niet in beton gegoten.
  • In het najaar nemen in groep 8 de Leerling-in-Beeld toetsen af. Deze koppelen we aan het potloodadvies om te zien of het kind zich ontwikkelt volgens verwachting. Samen mondt dit tussen 10 en 31 januari uit in een voorlopig schooladvies.
  • In februari maakt groep 8 de doorstroomtoets. De uitslag daarvan ontvangt de school uiterlijk 21 maart
  • Uiterlijk 24 maart ontvangen kinderen hun definitieve advies.
  • Daarna kunnen de ouders tussen 24 en 30 maart aanmelden op een VO-school.

Onze school heeft de intentie kansrijk te adviseren. Dat betekent dat we bij twijfel in overleg met ouder en kind een advies naar boven toe bijstellen. Meer informatie hierover is te vinden in onze kwaliteitskaart 'Overgang Bao-VO'.


Sociale ontwikkeling

De kernwaarden vanuit onze visie zijn:

- respect voor jezelf
- respect voor de ander
- respect voor de omgeving

De kernwaarden van sociaal emotionele ontwikkelen passen heel mooi bij de kernwaarden van onze school. Kinderen die positief over zichzelf denken (#eigenwijs) kunnen relatie aangaan met andere kinderen (#samenwijs) en durven hun plek in te nemen in de maatschappij (#wereldwijs).

De school is bezig met een invoeringstraject Vreedzame School.

De sociale veiligheid en welbevinden monitoren we tenminste eenmaal per jaar aan de hand van de WMK-vragenlijst 'Veiligheid. Opbrengsten daarvan worden meegenomen in de school- en groepsbespreking en gekoppeld aan doelen. Afgelopen schooljaar is er fors geïnvesteerd in omgaan met culturele diversiteit. Dat hebben we gedaan door het traject Pedagogisch Tact te koppelen aan dit thema. Dat heeft naast een sterkere focus op rust en goed gedrag geleid tot een rustig en een positief schoolklimaat. Met de keuze voor Vreedzame School verwachten we dit verder uit te bouwen.

Onze visie

In onze visie leren blije kinderen beter dan kinderen die niet lekker in hun vel zitten. Dat wil overigens niet zeggen dat kinderen eerst gelukkig moeten zijn voordat leren en onderwijs om de hoek komt kijken. Aandacht besteden aan het ontwikkelen van sociale vaardigheden en aan de sociale ontwikkeling van kinderen is niet alleen iets dat wekelijks op het lesrooster moet staan, maar moet verweven zijn in het totale onderwijs. Met de Vreedzaam-aanpak werken we aan de volgende doelen, soms gericht tijdens een les sociaal emotionele vorming, soms als de situatie zich ervoor leent:

  • op een democratische manier met elkaar beslissingen nemen
  • constructief conflicten oplossen
  • verantwoordelijkheid nemen voor elkaar en voor de gemeenschap
  • een open houding aannemen tegenover verschillen tussen mensen
  • weten (en kunnen benoemen) volgens welke principes onze democratische samenleving is ingericht